lieven tavernier & room 13 orchestra - oude regenbogen
Lieven Tavernier & Room 13 Orchestra - Oude Regenbogen - Geen Tekort GT001 / CTC-2990903 Coast to Coast

"Het is oktober en het regent", dat lijkt wellicht een droge vaststelling van feiten, maar als de woordjes opduiken in een klein muzikaal tekstpareltje van Lieven Tavernier krijgen ze iets magisch. Dat overkwam me al vaker bij werk van deze Gentse liedsmid en ook bij zijn jongste album, Oude Regenbogen, met negen nieuwe liedjes en een op herhaling, vind ik weer een paar van die kostbare kleinoden.

Het is alweer een tijd geleden dat er nieuw werk verscheen van Lieven Tavernier. Vijf jaar geleden om precies te zijn, toen verscheen Wintergras, een ingetogen album vol melancholie. Dat vinden we ook op Oude Regenbogen, maar dit keer is de muzikale omlijsting van Room 13 Orchestra, een nieuw orkest van getalenteerde jonge muzikanten: koper, hout, strijkers en percussie naast het vertrouwde geluid van de piano van Yves Meersschaert, die het orkest oprichtte in 2017 en al een jaar of vijfentwintig samenwerkt met Tavernier.

De orkestarrangementen van Meersschaert vallen subtiel uit, maar zijn soms uitbundig waar dat kan, zoals bij Sint-Annatoren, waar de intro het midden lijkt te houden tussen Carnaval des Animaux van Saint-Saens en de Bolero van Ravel. Het stuk begint met druppels, we hebben immers net Dankbaar Voor Haar Schoonheid gehad, waarin het oktober is en regent. Maar dan krijgen die druppels plots een andere betekenis, die van het tikken van de klok, dat gepaard gaat met herinneringen aan vroeger, een schoolvriendje, moeder die overleden is, en krijgen we opnieuw een fijnzinnig spel met woorden, want "de tijd heeft zich van tijd vergist."
 
Een keer speelt Tavernier leentjebuur, in Niet Ongelukkig verwerkt hij een mooie regel van de Nederlandse schrijver en dichter Remco Campert: "De tijd duurt één mens lang." Het jasje van vergankelijkheid en nostalgie zit zowel de dichter als de zanger als gegoten.

Het titelnummer, Oude Regenbogen, heeft Tavernier eigenlijk geschreven voor Thé Lau, vertelde hij in een gesprek met het Nieuwsblad eerder dit jaar. Lau nam al ooit De Fanfare van Honger en Dorst op en het was de bedoeling dat hij dit lied zou zingen op de cd Geen Kwaje Vrienden (2015, hierop zingen anderen de liedjes van Tavernier), maar dat is er helaas niet meer van gekomen. De zachte weemoedige paukenslagen en tinkelend pianospel in combinatie met de opbeurende blazers en strijkers krijgen met die wetenschap een extra gevoelig laagje.

En minstens zo intens worden de emoties bij Brieven Uit Het Internaat, dat hij samenstelde met behulp van de brieven die hij zelf als kind vanuit een internaat ooit schreef aan zijn ouders.

Zoals vermeld is er een stuk op herhaling en dat is De Klokken Van Sint-Baafs, de kathedraal in Gent, vlakbij waar Tavernier opgroeide. Het is logisch dat hij het opnieuw heeft opgenomen, want het lied heeft een vervolg gekregen, met de lelijke naam Sint-Baafs Revisited, maar met een fijngevoelige inhoud zoals we inmiddels van Lieven Tavernier gewend zijn, vol herinneringen, verlangen en heimwee: "Klokken van Sint-Baafs blijf voor me luiden. Breng mij terug, want ik was verdwaald. Als de morgen komt wil ik je horen. Als de avond valt, wieg me dan in slaap." Het is een lied dat waarschijnlijk heeft moeten rijpen, volgens mij hoorde ik het al eens live een jaar of tien geleden.

In het midden van het bijgevoegde tekstboekje (het is altijd fijn als je mooie gedichten kunt meelezen) staat een oude klassefoto, of nee, vooraan zie ik niet de meester, maar Tavernier zitten en op de tweede rij Meersschaert, dit moet het orkest zijn. Mijn lief haalt er ook nog de violistes Naomi Vercauteren en Anouk Sanczuk (die beiden aardig aan de folkweg aan het timmeren zijn in hun eigen projecten) uit. De sfeer in dit beeld (gemaakt door Wendy Vandeputte) tekent ook het gevoel van nostalgie dat op de plaat telkens weer zijn weg vindt.

En als je dan een keer geluisterd hebt naar Oude Regenbogen luister je nog een keer, en nog eens, en weer, om die prachtige teksten goed te laten doordringen in je gemoed. En dan gaat het orkest ook zijn eigen leven leiden, afhankelijk van mijn stemming geef ik soms de voorkeur aan een meer uitgebeende versie, dan weer zijn de warme klanken meer dan welkom. Wat uiteindelijk blijft hangen zijn de wonderschone liedjes van Lieven Tavernier. De magie heeft wederom zijn werk gedaan.

Mirjam Adriaans