-door Mirjam Adriaans, foto Ronald Rietman-
Een paar weken geleden kwam zijn nieuwe cd uit, The Great Illusion. De bijbehorende tour deed gisteravond Meneer Frits in Eindhoven aan. Een bevlogen Michael de Jong speelde een 'best of' en geen cd-voorstelling, want dit is zijn laatste tour, zo liet hij het publiek weten.

Nog één keer wil Michael de Jong een tour doen, en dan houdt hij het voor gezien. Als hij opkomt tooont hij zich verbaasd over de hoeveelheid mensen (een honderdtal) die er allemaal voor hem zitten. En dat op een maandagavond, is er geen voetbalwedstrijd of zo? Met deze ontspannen humor begint hij zijn optreden. Na de eerste twee nummers is het duidelijk. Op het podium zit een geïnspireerd man, hij draagt een t-shirt met Che Guevara erop onder zijn overhemd. Hij hoest akelig vaak tussen de liedjes door, heeft een opgezwollen lichaam, naar ik aanneem door medicijngebruik, maar zijn spel is er niet minder om. En dus komen er nummers voorbij die hij nog niet eerder live durfde te spelen, omdat hij er zich helemaal mee blootgeeft. Zo krijgen we Blow Wind Blow en River And The Stone, beide van de nieuwe cd, maar (in andere versies) ook al eerder opgenomen op Alive (1997).

michael de jong
Michael de Jong

Ook van The Great Illusion is An Unmarked Grave, waarmee hij zijn tweede set begint. Het nummer past eigenlijk niet op de plaat, want het is voor de verandering geen persoonlijk verhaal, maar gaat over de dingen die in de wereld gebeuren en waar niemand over schrijft, dus besloot De Jong om er zelf iets mee te doen. En toch is het juist heel typisch voor hem, zeker als je de volgende regels hoort: "why don't you sing a happy song? / if you saw this world thru my eyes you would never ask again"

Openhartig vertelt hij over zijn tumor achter de stembanden, of over jaren terug, toen hij samen met zijn koppige Friese vriendin de test liet doen, hij had het, zij niet, en toch bleef ze nog vijf en een half jaar bij hem, voor ze hem verliet voor 'better things'. Voor haar wil hij een lied van The Waiting Game spelen, maar dan komt er tussendoor een ontspannen Johnny Cash-medley, om vervolgens toch nog Last Of The Wild Horses in te zetten.

Hij zegt dat hij nu eens alleen dingen speelt die hij zelf mooi vindt om te doen, en dus doet hij een soort best of, een overzicht van nummers van o.a. Park Bench Serenade, Last Chance Romance en zijn vorige plaat, 'the Irish one', Echo From The Mountain. Deze kwam tot stand in een afgelegen plaatsje in Ierland. Hij vertelt over zijn gesprekken met de dorpspastoor daar, over hoe die zijn problemen met de duivel probeerde op te lossen en hoe De Jong dat ook probeerde, maar dan op zijn eigen manier.

Michael de Jong maakt indruk deze avond, hij klinkt minder gejaagd dan voorheen, van het 'heilige moeten' is weinig te bespeuren. Zijn muziek is kaal, zonder opsmuk, enkel zijn gitaren en zijn doorleefde stem, waarmee hij vol overtuiging fluistert en schreeuwt, en afscheid neemt van het publiek in zijn geheel eigen, donkere stijl.