-door Mirjam Adriaans, foto's Ronald Rietman-
Folkwoods
en Parkfest zijn terziele, maar dat er wel degelijk draagvlak is voor folkmuziek in Eindhoven bleek gistermiddag in een bomvol POPEI, waar de eerste editie plaatsvond van Nieuw Akoestisch Peil. De grote publieke belangstelling voor de mooie Nederlandse luisterliedjes van Sido Martens, Ad Grooten en De Lokale Mannen, de fijne Amerikaanse folk van De Mannen Met Baarden en de dansbare muziek van Pyrolysis en QuiVive laat zien dat het folkhart in Eindhoven nog steeds klopt.

Organisator Rens van Dijk (die met de groep Matzko jaren terug op de cd Nieuw Akoestisch Peil terechtkwam, een initiatief om Nederlandse folkbands te promoten) toont zich dan ook dik tevreden na afloop, al heeft hij wel zijn bedenkingen bij het systeem van een vrije gift in een fooienpot. Hij verwacht dat er niet veel is opgehaald om te verdelen onder de muzikanten, en dat is jammer, maar hij is blij met de medewerking van POPEI (een leuke locatie trouwens, in het oud industrieel erfgoed dat Philips in Eindhoven heeft achtergelaten), samen hebben  ze toch een mooi laagdrempelig folkfestivalletje op poten weten te zetten. Hij hoopt dat hij volgend jaar met sponsors kan werken ("aan 5000 euro heb ik genoeg, dat is toch niet veel?"), hij heeft aanmeldingen genoeg van bands, zowel uit Nederland als België, om nog eens zo'n fijn affiche samen te stellen. Er zullen in elk geval meer vrouwen op het programma staan zo verklapt hij al bij de eerste aankondiging, het is hem ook opgevallen dat er alleen maar mannen te zien en te horen zijn deze middag.

Het festival opent met de prachtige poëtische liedjes van Sido Martens, die abusievelijk wordt aangekondigd als leadzanger van de legendarische folkband Fungus. Niet alleen hij ontkent dat gelijk, ook het publiek blijkt kritisch, er zitten dan ook een paar bekende gezichten die we voorheen ook al zagen op Folkwoods (waarvan de laatste editie alweer in 2012 plaatsvond) of Parkfest (gehouden in '14 en '15).
Vooraan wordt aandachtig geluisterd naar de intieme liedjes over onder meer de vader van Martens, maar ook over sigaretten (wie kent het merk Belinda nog?) en een vouwfiets. Niet direct onderwerpen waar je een mooi liedje bij verwacht, toch weet hij met sober gitaarspel, zijn mooie zachtwarme stem en die kleine tekstpareltjes, deels afkomstig van zijn eind vorig jaar verschenen cd en boekje Roof, te overtuigen.
Wie wat verder naar de zijkant of naar achter zit merkt al gauw dat er een nadeel kleeft aan een gratis toegankelijk festival, namelijk dat er ook mensen binnenkomen om wat te drinken en te kletsen en hoewel het geen kippenhok wordt is dat bij deze kleine ingetogen liedjes wel storend voor degenen die graag willen luisteren naar wat er gezongen wordt.

Sido Martens
Sido Martens

Het geroezemoes heeft bij de volgende optredens minder invloed, omdat er eenvoudigweg steeds meer personen op het podium staan, die samen wat meer geluid produceren. Te beginnen met Ad Grooten, bekend van Pater Moeskroen en Mannen van Naam. Hij komt al spelend op zijn doedelzak naar het podium, waar zijn gitaar, mandoline, fluit en Rens van Dijk met contrabas en gitaar en nog een mandoline hem opwachten. Grooten werd geboren op Curaçao en maakte een solo-album, Eilandskind, waarvan hij enkele nummers ten gehore brengt, hij verontschuldigt zich voor zijn zang, maar het wat gerafelde geluid past prima bij de persoonlijke verhalen die hij in petto heeft. Ergens via zijn stapelbed-overgrootvaders zoals hij dat noemt zit Schots bloed in zijn genen, zo bewijst hij met zijn stamboom. Om vervolgens de Keltische invloeden te laten voor wat ze zijn en liedjes te brengen over zijn herinneringen en ervaringen als eilandskind, over de reis die zijn vader met zijn moeder, die afkomstig is uit Nederlands-Indië, naar Indonesië maakte waar zij een paar behoorlijk traumatische jaren moet hebben gehad in een jappenkamp, al was daar voor haar kinderen later weinig van te merken. En vooruit, omdat het een folkfestival is gooit het duo er een setje tunes tegenaan, op twee mandolines. Inspiratie vond Grooten voor een deel in oude schriftjes, waarin zijn vader vanalles noteerde, en Grooten is een geboren verteller. Dit zou, een beetje meer uitgewerkt, zeker niet misstaan in kleine theaters.

Ad Grooten en Rens van Dijk
Ad Grooten en Rens van Dijk

Ook persoonlijk, maar minder folky van inslag zijn de liedjes van De Lokale Mannen uit Boxtel. Hun muziek neigt meer naar pop of kleinkunst, soms een snufje jazz, al gooit multi-instrumentalist Harry Hendriks (speelde onder meer met Gerard van Maasakkers, Tip Jar en tribute-projecten voor Paul Simon en Harry Connick Jr.) er voor het folkgevoel maar even een mondharmonica in, a la Dylan. Zij zingen ook over wat ze meemaken in het leven, zoals een reis naar Nieuw-Zeeland of het bereiken van je vijftigste verjaardag (dan ben je halverwege, aldus Hendriks) en het wordt helemaal hilarisch als het trio afsluit met een stuk van gitarist Wim Kuipers over mannen die Crocs dragen. Het was een paar jaar geleden een flinke rage, vooral in de zorg waar hij ook werkzaam is, en vrouwen met die lelijke schoenen dat is nog tot daar aan toe, maar een vent met Crocs, da's iets wat nooit went. Het plezier straalt er vanaf bij dit drietal, dat nog geen cd heeft (ze zijn pas een half jaar bezig of zo), maar ze zijn van plan om daar verandering in te brengen, als ze in maart opnamen gaan maken.

De Lokale Mannen
De Lokale Mannen

Zoals gezegd moeten we het deze editie alleen met mannen stellen, en dat is helemaal niet erg als die een heerlijk Amerikaans folkrepertoire hebben zoals de Mannen Met Baarden, die in januari hun eerste cd'tje presenteerden. Een fijne cover van Hank Williams, lekkere folkklassiekers als Black Girl (geleerd van Nirvana, je kan het maar ergens vandaan halen), Columbus Stockade en The Cuckoo, of gewoon een fijn nummer als Wild Horses van The Stones, ze hebben het allemaal in huis en wie ze kent mag meezingen. De zang van de mannen, die in bluegrass-opstelling rond een microfoon spelen, komt niet helemaal goed door deze middag, en Amerikaanse folk is niet bij alle bezoekers bekend, maar dat mag de pret niet drukken. Er hangt inmiddels een lekkere sfeer in POPEI en daar draagt ook dit viertal graag aan bij.

Mannen met Baarden
Mannen met Baarden

Dan moeten we even wachten omdat er iets meer omgebouwd moet worden voor Pyrolysis. Deze voor mij tot nu toe onbekende band bestaat uit vier jonge mensen (waaronder overigens een dame), afkomstig uit Zaltbommel, die met bouzouki, bodhran, viool en accordeon het podium opkomen. Inderdaad, het gaat om Keltisch getinte folk, maar daar geven ze dan wel hun eigen invulling aan, met onder meer eigen geschreven nummers (ik hoor iets over Novio Magus, oftewel Nijmegen) die met veel spelplezier en een heerlijk ongedwongen frisse uitstraling gespeeld worden.

Pyrolysis
Pyrolysis

Aan de zijkanten wordt hier en daar al gedanst op de vrolijke, aanstekelijke muziek en die stoelen voor het podium, eigenlijk ziet de band ook liever wat beweging voor zich op de vloer. Zo gezegd zo gedaan, de luisteraars geven de dansers ruim baan voor het podium, de stoelen worden snel naar de zijkanten verplaatst. Leuke jonge band, de verrassing van Nieuw Akoestisch Peil editie 2018, waarbij ook het vriendelijke personeel van POPEI achter de bar af en toe lekker staat mee te dansen op de energieke deunen.

Dansers
Dansers

Hoewel er een act is uitgevallen (Iwein Segers heeft afgezegd) loopt het programma toch iets uit, met name door problemen met DI's die niet blijken te werken, maar de geluidstechnicus doet zijn uiterste best om ervoor te zorgen dat de optredens toch goed verlopen. Dat wordt lastig als er heel veel instrumenten aan bod komen, zoals draailier, doedelzak, cajon, gitaar, mandoline, banjo, accordeon en bas, maar op een of andere manier krijgen ze alles aan de praat en kan QuiVive (dat overigens ook een dame in de gelederen heeft) beginnen aan het balblokje van het festival. Bourrée's, mazurka's, een cercle of een wals in 7, er kan wederom gedanst worden door de liefhebbers. Hoewel de dansen uit de vlaams-Franse traditie stammen hoor ik toch af en toe een vleugje invloed uit Oost-Europa voorbij komen en zo wordt er een fijn ontspannen einde gebreid aan een geslaagd festival. En als er gevraagd wordt om nog een liedje sluit Rens van Dijk kort maar krachtig af. "Volgend jaar meer", zo belooft hij.

Qui Vive
Qui Vive