gabriel yacoub - de la nature des choses
Gabriel Yacoub - de la nature des choses - Homerecords.be / Le Roseau ROS 110

Zeven jaar na zijn laatste studio-album :Yacoub: komt Gabriël Yacoub met het prachtig ingetogen album De la nature des choses. Zoals deze Franse zanger/gitarist/liedschrijver 35 jaar geleden met zijn groep Malicorne al sleutelde aan de ontwikkeling van Franse folkmuziek, doet hij dat nu nog steeds. Dit keer is er naast het innovatieve spel van zijn draailierist Gilles Chabenat een voorname rol voor de piano, bespeeld door zijn bassist Yannick Hardouin. Nóg opmerkelijker is de toevoeging van vier koperblazers. Die zet Yacoub afgewogen in, nooit opdringerig maar meer als een soort kamermuziekensemble. Die blazers dragen met hun sound bij aan de eenheid in het album en aan de intieme sfeer.

De blazers kleuren dit Yacoub-album net iets anders in dan alle voorgangers. Luister maar eens op zijn myspace-plek naar de piano-song Avant que de partir hoe smaakvol twee trompetten, trombone en bastrombone zijn toegevoegd. Ze zijn zo bepalend voor de sound, dat Yacoub zich momenteel live in een grotere setting dan enkel als trio, laat begeleiden door vier koperblazers, die trompetten, bugels, trombones en tuba bespelen.

Het nasale, haast slepende, klagende, van Yacoubs stem, herken je uit duizenden. Daarmee bezingt hij poëtisch, bijna schilderachtig, thema's van het leven. Het gaat over zijn kinderjaren, over de dood, over zijn afgebrand huis, over zijn zoektocht naar geluk. Als een dichter schetst hij met een paar pennenstreken de juiste sfeer. Het straalt rust uit, melancholie.

Maar meer dan ooit toont Yacoub ook engagement. Zijn ergernis over bijvoorbeeld de domheid van Bush (Il aurait dû), verwordt door de welhaast geaquarelleerde teksten, niet tot een platte protestsong. Wel scherpt hij de sound van de kritischer nummers iets aan door het gebruik van bijvoorbeeld een banjo, dobro, of slide gitaar.

Het nummer over Bush is overigens het enige nummer waarin ‘n eenzame vijfsnarige banjo domineert, als was het een Amerikaans protestlied, maar ook hier trekken subtiele blazers het nummer uiteindelijk weer bij de rest. Zoals ook rootsy elementen als pedal steel in Le café de la fin du monde, slide-gitaar in Le Nom des Oiseaux en een dobro en mondharmonica in Le bois mort het Franse bijna chanson-achtige karakter van Yacoubs folk niet aantasten.   

Zoals gezegd wordt vaste bassist Hardouin een belangrijke rol toebedeeld op piano. Dat levert enkele bijzonder fraaie piano-songs op, waarin Hardouin succesvol zoekt naar originele akkoorden, wat La Bougie zelfs iets Satie-achtigs geeft. Het album bevat naast dertien songs de instrumentaal Héron van de hand van Gilles Chabenat. In deze bijna avantgardistische compositie klinkt Chabenats elektro-akoestische draailier als een kerkorgel. Hij wordt begeleid door die andere vaste man Yannick Hardouin op bas én door gast Frédéric Paris op klarinet.

Bij Malicorne blonk Yacoub destijds al uit in de arrangementen van de meerstemmige zang. Die kwaliteit komt hem hier van pas bij de arrangementen voor de blazers, maar ook de liefhebber van meerstemmige zang komt aan zijn trekken. Bij de stemmen horen we die van Yacoubs partner Sylvie Berger, van Bastien Lucas, Kilian Arzel, Johan Delvarre en Julien Biget (ook snaren). Voor de rootsy snaren zorgt een kanjer uit de Franse pop/rock Gildas Arzel. De blazers zijn: Christophe Pereira (trompet en bugel) Pierre Flandin (trompet en bugel), Philippe Chadel (trombone) en Vincent Bellier (bastrombone, tuba, saxhoorn).

Yacoub komt begin volgend jaar naar ons land en geeft dan o.a. een concert op 9 januari in de Rotterdamse Doelen.

Henk - Waardering 9