-door Assie Aukes-
Al vanaf november 2008 toerde The best of Irish met Martin Hayes & Dennis Cahill, Lúnasa, Máirtin O'Connor trio en Iarla O Lionaird op geregelde momenten door Nederland.
In een goed gevuld Concertgebouw in Amsterdam vond afgelopen woensdag 15 april een van de laatste shows van de serie plaats. Het bijzondere van dit concert was het feit dat zangeres Karan Casey stond aangekondigd.

Omdat deze dame al een aantal jaren niet in Nederland te beluisteren was, leek een bezoekje aan het Concertgebouw gerechtvaardigd. De hoop op een aantal fraaie songs vervloog al voor het concert een aanvang nam, toen de presentatrice aankondigde dat Karan Casey toch niet aanwezig kon zijn en vervangen werd door, jawel, Iarla O Lionaird.
Deze Ierse zanger, hoewel bekend van zijn werk met het experimentele Britse Afro Celt Sound Systeem is in Ierland bekend als een van de beste vertolkers van de oude Sean Noz-stijl. Hij werd in 2008 in Ierland uitgeroepen tot beste zanger van het jaar.
In Amsterdam mocht de zanger starten en hij trakteerde het publiek meteen op een loodzware, a capella gezongen, Ierse ballade. De man heeft weliswaar een prettige stem en hij versierde het minutenlange lied, rond 1911 opgetekend in zijn geboortestreek County Cork met mooie stembuigingen, maar al met al  was dit wel een erg lange opener.

Toen het duo Martin Hayes & Dennis Cahill daarna hun concert opende met een set van een flink aantal instrumentale tunes, was het concert al een half uur bezig toen we nog maar twee nummers gehad hadden. Hayes & Cahill begonnen met de slow air Easter snow, niet erg toepasselijk een paar dagen na het warmste paasweekend sinds jaren. Het duo kiest voor een wat academische benadering van de Ierse muziek. De techniek van beide heren staat buiten kijf, er wordt razend knap gespeeld. De opbouw van de tunes-set is vaak gelijk. De viool zet een eenvoudige tune in, de gitaar valt in, versieringen en variaties worden toegevoegd en het tempo wordt naar het einde toe opgeschroefd. Het valt op dat gitarist Dennis Cahilll op een spaarzame manier begeleidt, waardoor de muziek van het tweetal wat ingetogen overkomt. Iarla O Lionaird kwam nog eenmaal langs met een van zijn liederen in het Gaelic, waarbij Dennis Cahill hem begeleidde op de gitaar.

Met het optreden van het trio rond Máirtin O'Connor kwam er meer schwung in het concert, mede door het stuwende gitaarspel van Seamus O'Dowd. Het trio imponeerde vorig jaar op het Trad It!-festival in Groningen en ook in Amsterdam propten de muzikanten weer vele instrumentale stukken in een set. Het blijft onvoorstelbaar dat iemand zo razendsnel accordeon kan spelen! Zoals gebruikelijk zong Seamus O'Dowd ook een lied, iets wat hij in mijn opinie veel te weinig doet. Dit maal koos hij voor een lied van Thom Moore, Cedars of Lebanon. Helemaal zeker ben ik niet, want vanaf mijn zitplaats waren de aankondigingen de hele avond slecht verstaanbaar. Het was jammer dat O'Dowd daarvoor dezelfde microfoon gebruikte als O Lionaird. Nu klonk zijn stem wat benepen, terwijl hij van nature een mooie volle stem heeft.

Natuurlijk kwam ook Iarla O Lionaird weer langs voor zijn liedje met dit trio. Met begeleiding zong hij zijn versie van het bekende Lord Franklin. The arrival of the Queen of Sheeba in Galway, het oude succes van Máirtin O'Connors vorige band De Dannan besloot dit concert dat de intensiteit miste, die het gebeuren vorig jaar in Groningen zo bijzonder maakte.

Na de pauze was het de beurt aan Lúnasa om de zaal helemaal mee te krijgen, iets wat de voorgaande artiesten niet helemaal lukte. Ik had Lúnasa al weer een tijdje niet gehoord, maar veel veranderd was er niet. Ook hier is er sprake van enkel instrumentaal werk, de groep gunde zelfs Iarla O Lionard niet een zangnummertje in hun set. De muzikanten deden wat ze al jaren doen en waar ze goed in zijn. Mij spreekt het niet zo aan, de ene instrumentale set na de andere. Natuurlijk, er waren zeker een paar mooie bij, zoals de Absent friends-set, waarin Absent Fiends, gecomponeerd door fluitist Kevin Crawford wordt gekoppeld aan Ivory Lady van piper Diarmaid Moyniham van de Ierse band Calico, en het stuk, gecomponeerd door de Franse gitarist Pierre Bensusan wat op twee low whistles werd gespeeld. Ook violist Sean Smyth kan namelijk prima uit de voeten op dat instrument. Bijzonder blijft ook het basspel van Trevor Hutchinson. In de snelle nummers neemt hij als het ware het werk van de bodhrán over, terwijl in de langzamere slow airs zijn basspel het groepsgeluid meer diepte geeft.
Natuurlijk kwamen op het einde alle muzikanten nog eenmaal gezamenlijk op het podium om Iarla O Lionaird te ondersteunen in zijn vierde liedje van de avond en om de avond af te sluiten met een massaal meegeklapte reel.

The Best of Irish bewees in Amsterdam dat de Ierse traditionele muziek wel wat vers bloed kan gebruiken. Alle artiesten traden de afgelopen jaren al veelvuldig in Nederland op, veel nieuws was er dus niet te beluisteren. Tevens is het jammer dat het instrumentale werk zo vaak de boventoon voert bij Ierse artiesten. Ik had Iarla O Lionaird wel eens willen horen met een echt  ingespeelde band, waarbij de gedurfde arrangementen, die we kennen uit zijn soloalbums en zijn werk met Afro Celt wat meer naar voren zouden komen. Nu mocht hij voor precies vier liedjes opdraven. Achteraf op weg naar huis bedacht ik, dat Karan Casey in ieder geval die avond dat lot bespaard is gebleven.