-door Mirjam Adriaans-
Toen ik Loes van Schaijk wat vragen stuurde naar aanleiding van haar solo-album All I Ever Really Seem To Say (dat op 27 november verschijnt) kreeg ik uitgebreid antwoord terug. Mooie verhalen over haar eigen muzikale achtergrond, maar ook over Tsjechië (waar ze nu woont) en de nieuwe plaat die ze daar opgenomen heeft. Zonde om daarin te knippen, dus maak ik er maar twee columns van. Vandaag deel 1, over haar muzikale achtergrond.

Er vallen regelmatig cd’tjes op de mat, soms onthou je de naam van de band, soms vind je het niks. Via de mail kwam een keer de vraag van een zekere Loes van Schaijk. Of Folkforum iets wilde doen met The Mountain Valley Sessions, het debuutalbum van (toen nog) folk- en americanatrio Red Herring. Nooit van gehoord, maar ik luister graag en de eerste indruk was goed, de band had eigen interpretaties van folkliedjes en klonk veelbelovend. Van een recensie kwam het toen niet, maar nadat ik ze een jaartje later live aan het werk zag kwam daar verandering in. Op een bluegrassfestival in Utrecht speelde heel wat Nederlands talent, waaronder Red Herring, dat toen nog maar twee jaar bestond. Er was iets met een kabel en het ging niet helemaal zoals gepland, maar de band wist zich prima staande te houden, en toen bleek dat deze jonge gasten het werk van Paul Brady kenden was de folky in mij overtuigd. Na afloop kon ik even kennismaken met een paar bandleden, waaronder de bassiste en zangeres, de eerder genoemde Loes van Schaijk, met wie ik een mailwisseling had gehad.

Loes van Schaijk op het Gulpener Bluegrass Festival Utrecht, 2014, foto Ronald Rietman
Loes van Schaijk op het Gulpener Bluegrass Festival Utrecht, 2014, foto Ronald Rietman


Loes blijkt op dat moment niet alleen actief als zangeres en instrumentalist bij Red Herring, maar is ook bezig met een onderzoek naar muziek in de circuswereld en werkt samen met fotografe Marieke Odekerken aan wat een prachtig Engelstalig boek wordt, vol portretten van Nederlandse bluegrassmuzikanten, dat een jaar later op datzelfde festival gepresenteerd wordt aan niemand minder dan Doyle Lawson. Via de mail en social media houden we contact, Red Herring wordt een kwartet en er volgen meer albums, die laten horen dat de band kwaliteit in huis heeft, dus verdienen ze lovende recensies, ook op Folkforum. En ik krijg de kans om ze vaker live te zien bij optredens, de band staat telkens weer garant voor een heerlijk potje gevarieerde bluegrass, americana en (Keltische) folk, waarbij ze het publiek graag meevoeren door al dan niet zelfgepende verhalende liedjes, murder ballads en meer fraais op folkgebied.

In 2018 verhuist Loes naar Tsjechië, waar ze afgelopen jaar een solo-album maakte, daar gaan we het over hebben in deel 2 van dit interview, maar eerst duiken we in de algemene achtergrond van Loes van Schaijk:

Loes: Ik ben geboren in Horst-Hegelsom, een klein dorpje in Noord-Limburg. Achteraf gezien is die omgeving best wel een goed muzikaal broednest: we hadden o.a. Rowwen Hêze op 20 minuten fietsafstand, hun drummer werkte bij de slager van de Edah in Horst aan de Maas, en mijn moeder heeft logopedie gegeven aan Marco van de Heideroosjes. Ik heb op mijn 17e een jaar in de VS gewoond (Outer Banks, North Carolina), vervolgens heb ik Algemene Cultuurwetenschappen gestudeerd aan de Radboud Universiteit Nijmegen en daarna Docent Muziek op Codarts in Rotterdam. Ik heb 17 jaar als all-round muziekdocent en muzikant gewerkt als zelfstandig ondernemer. In 2018 ben ik naar Praag verhuisd en daar heb ik nog geen moment spijt van gehad.

Met de volgende vragen over haar achtergrond geeft ze een mooi inkijkje in hoe ze terecht is gekomen in de bluegrass:

FF: Welke instrumenten bespeel je?

Loes: Contrabas, (akoestische) gitaar, piano, en op basaal niveau bodhrán. Ik kan geluid krijgen uit een mandoline, tin whistle, en drumkit, maar daar is dan ook alles mee gezegd.

FF: Welk instrument gebruik je bij je eigen composities?

Loes: Ik componeer meestal met behulp van gitaar, soms piano.

FF: Wanneer ben je begonnen met muziek maken en kun je daar iets over vertellen?

Loes: Ik heb van kleins af aan al gezongen. Dat heb ik vooral aan mijn moeder te danken, die veel tijd met me doorbracht en mijn fantasie en creativiteit stimuleerde door met me te zingen, lezen, knutselen, naar toneelvoorstellingen ging, enzovoort. Ik verzon al zingende verhaaltjes en ik vond kennelijk zelf dat ik een heel ontroerende voordracht had; er zijn foto's dat de tranen me over de wangen biggelen terwijl ik aan het zingen ben, haha! Als mensen me nu complimenteren over mijn presentatie, dan doet het me goed om dat te horen en denk ik nog wel eens aan die foto's. Ik heb interpretatie altijd het belangrijkste gevonden in muziek.

Ik wilde altijd alles doen wat mijn grote broer deed. Toen ik 8 was ging hij op keyboardles — ik dus ook. Toen mijn broer keyboard ging spelen in de band van het jongerenkoor, ging ik zingen in dat koor. Toen hij daarmee stopte nam ik zijn rol als toetsenist over. In die band heb ik leren begeleiden, transponeren, en zwarte koffie leren drinken. Op een gegeven moment moest ik van de muziekschool verplicht overstappen naar piano — een beetje jammer, want achteraf gezien was ik heel graag zo'n coole toetsenist geworden in een progrock band... Maar goed, piano dus; dat is een beetje gestagneerd toen ik op kamers ging, waar ik geen beschikking had over een piano en bovendien weinig tijd had om te oefenen. Als tiener leerde ik gitaar en basgitaar spelen, in mijn studietijd kwamen daar contrabas en drums bij. Wat betreft stijl ging dat bij mij ongeveer zo: als kind was ik verzot op musicals, country, en de '60s/'70s muziek op de LP's en cassettebandjes die mijn ouders van de radio op hadden genomen in de VS; als tiener kwam daar rock en punk bij; tijdens mijn studie richtte ik me op jazz en vocal harmony; en pas tegen het eind van mijn studentenjaren kwam ik erachter dat er zoiets als folk/trad en bluegrass bestaat, en dat was — en blijft voor altijd — ware liefde.

FF: Heb je ooit in een band gespeeld en zo ja welke?

Loes: Ik ben op mijn 16e begonnen met gitaar spelen, ook weer in navolging van mijn broer. 3-akkoordenwerk, K's Choice en dingen die toen "alternatief" populair waren. Ik ging al gauw zingen in een rockband met de zeer originele (ahem) naam Lost. We hadden twee gitaristen maar geen bassist, dus mij werd de basgitaar in de maag gesplitst. Dat vond ik niet vervelend. Na de middelbare school heb ik een jaar in de VS gewoond, in North Carolina, waar ik direct gekaapt werd als basgitarist in de Pinkstergemeente-kerk waar mijn gastgezin naartoe ging. Ineens stond ik (als atheïst) 3 keer in de week achter het altaar en had ik op bijna alle andere dagen repetities.

Mijn meningen over en ervaring met religie even totaal buiten beschouwing latend—ik heb van de mensen in die gemeenschap iets essentieels geleerd over muziek maken vanuit je hart, over samenspel en over improviseren. Toen ik weer terug in Nederland kwam was ik daar hongerig naar op zoek, maar ik kon niks vinden dat mij hetzelfde gevoel gaf als het spelen en zingen van worship songs. Totdat ik in 2005 per puur toeval in de Nijmeegse kroeg Dollars een "cowgirl" ontmoette waarmee ik een country-duo begon en zij me meesleepte naar het European World of Bluegrass Festival in Voorthuizen, waar we ook weer door een mix van toeval en geluk in een Slowaakse bluegrassband van zeer hoog niveau belandden.

Met die band, Waterflow, heb ik 3 jaar gespeeld en het album Perfect Match for Trouble opgenomen. Toen het vele heen-en-weer reizen toch zijn tol begon te eisen en de band stagneerde, heb ik ernstig getwijfeld of ik niet naar Bratislava zou verhuizen. Ik durfde het toen niet aan en ben met de band gestopt. Van 2009-2012 had ik een project met componist Tim de Man en hebben we onder de naam Lucy & The Man het album Kaleidoscope Tales uitgebracht. Toen ook die band stagneerde ging ik op zoek naar een band waarin ik "side man" zou kunnen zijn: ik wilde heel graag contrabas spelen en achter op het podium staan in plaats van vooraan. Joram Peeters en Arthur Deighton hadden net het folk/americana-duo Red Herring gevormd en zochten nog een contrabassist, dus dat kwam goed uit!

In die periode heb ik veel geleerd over Ierse en Schotse trad en heb ik een klein beetje bodhrán en tin whistle leren spelen. Met Red Herring heb ik in de bijna 10 jaar tijd dat we bestaan (volgend jaar jubileum!) ongelofelijk veel mooie dingen meegemaakt, en ik ben heel blij dat we nog steeds actief zijn, ondanks dat er nu een afstand van 1000 kilometer tussen ons is. Maar er knaagde iets aan mij: ik wilde altijd meer, meer muziek, meer reizen, meer leren. In 2018 besloot ik naar Praag te verhuizen omdat het mij leek dat er in Tsjechië nét iets meer gebeurt op folk- en bluegrassfront dan in Nederland. Ook was ik gefascineerd door de taal en cultuur van Tsjechië en Slowakije en ik voelde een soort noodzaak dat meer mensen zich daarmee bezig zouden moeten houden. Ook al ben ik maar één klein mensje, het leek me het minste dat ik kon doen om de inwoners van die landen te bedanken voor hoe ze mijn leven ten goede hebben veranderd sinds in 2005 op het EWOB festival mijn vriendschap met een paar Slowaken begon.

Vlnr: Arthur Deighton, Joram Peeters, Paul van Vlodrop, Loes van Schaijk, 2018 in de Rozenknop in Eindhoven, foto Ronald Rietman
Vlnr: Arthur Deighton, Joram Peeters, Paul van Vlodrop, Loes van Schaijk, 2018 in de Rozenknop in Eindhoven, foto Ronald Rietman


FF: Wie is je grote muzikale held (meerdere antwoorden mogelijk)?

Loes: Paul Simon, Sting, David Bowie zijn voor mij echt helden in de zin van "half mens, half god." Ik zou niet in hun schaduw kunnen staan en vind dat helemaal prima — dat soort artiesten zijn voor mij heerlijk om naar op te kijken, veilig op hun voetstuk zijn ze een eindeloze bron van inspiratie. Ze hebben heel veel albums uitgebracht die verschillend van karakter zijn, ze waren niet bang om te experimenteren, en als gevolg zullen er van zo'n nieuw experiment altijd mensen roepen dat het geniaal is en anderen die knorren dat ze nu echt de plank misgeslagen hebben. En zij moeten die storm van kritiek tegemoet lopen en door blijven gaan met creëeren. Deels altijd in de avant-garde blijven en deels die eeuwige crowdpleasers blijven zingen. Ik vind dat bewonderenswaardig, dat is vakmanschap en dat is karakter.

Uit Amerika: Tim O'Brien en Darrell Scott (beiden bebaard) voor hoe zij hun instrumenten en stemmen beheersen en het verhaal van een liedje zo brengen dat het recht naar je hart gaat.

Uit Nederland: Jeroen Jongsma om dezelfde redenen als eerder genoemde dudes, maar ook voor zijn vakmanschap met de Nederlandse taal. Bertolf Lentink, nog zo één. Een parel voor de Nederlandse muziekcultuur die gekoesterd dient te worden, een echte all-round muzikant die techniek en ziel weet te combineren, en het is ook nog een sympathieke vent. Fay Lovsky, dat is echt een muzikant en persoonlijkheid naar mijn hart.

Uit Ierland: Paul Brady voor zijn rauwe energie en de manier waarop hij vocale ornamentering gebruikt in de traditionele liederen - de beste live performance die ik ooit heb gezien was toen hij Arthur MacBride zong in Praag, en hij was toen al over de 70!!!

Uit Canada: Stan Rogers, nog zo'n baas.

Uit Schotland, Karine Polwart—voor haar songwriting, sociale kritiek, karakter (dare I say: ballen...?), authenticiteit, gitaarspel, voor hoe ze zichtbaar nerveus is op het podium en toch briljant). Van de Schotse Outer-Hebrides, Julie Fowlis, die zingt in Gaelic—voor haar diepe kennis van en passie voor de tradities van haar thuisland, voor haar warme stem, voor hoe ze contact maakt met anderen, voor haar aangename kalme houding).

Voor flatpicking gitaar kijk ik op naar Tony Rice, Bryan Sutton, Grant Gordy, Ondra Kozák—en Yves Aerts, misschien wel de beste flatpicker en (bluegrass-)zangers van Europa, die dit jaar op tragische wijze om het leven is gekomen. Voor contrabas, Edgar Meyer, Ethan Jodziewicz, Mark Schatz... En er zijn er nog zo veel meer...

FF: Wat betekent folkmuziek voor jou?

Loes: Dat is een erg filosofische vraag waar ik geen bevredigend antwoord op kan geven, want ik merk dat mijn band met deze muziek (en met de mensen in de gemeenschap) het sterkst voelt op het moment dat er nog een aura van ongrijpbaarheid omheen hangt. Misschien komt dat het dichtst bij een antwoord: folkmuziek helpt mij in het bepalen van mijn levenskoers. En daarvoor is het belangrijk dat ik altijd in beweging blijf.
Een klein beetje meer concreet: ik hou van oud en raar en echt en rauw. Ik vind het jammer dat dit soms wordt uitgebuit door "neo-folk" artiesten, die zijn in mijn ogen vaak een beetje nep-echt, nep-oud, nep-rauw, en daar krijg ik de kriebels van. Maar goed, "authenticiteit" is een heel omstreden thema in de folkscene en volgens mij nog meer "in the eye of the beholder" dan schoonheid.

In Tsjechië wordt, veel meer dan in Nederland, met zijn allen om het kampvuur gezongen. Ook zonder kampvuur. Daar hou ik ontzettend van. Als je daar als buitenstaander naar kijkt lijkt het ontzettend romantisch. Op het moment dat je naar Tsjechië verhuist, de taal leert spreken, en je in muzikantenkringen begeeft, kom je erachter dat er hier vaak lacherig over dat soort sessies wordt gedaan: "echte" muzikanten doen hier vaak hun beklag over dat in de Tsjechische muziekcultuur het amateurisme heerst.

Is folk dan per definitie amateurmuziek? Is een band als Hawktail dan bijvoorbeeld geen folk, omdat het te virtuoos is en omdat alle bandleden een conservatoriumopleiding hebben? Was Dylan folkmuzikant tot het moment dat hij er geld mee ging verdienen, of op het moment dat hij electrisch ging? Ik ben er huiverig voor om folk op welke manier dan ook te definiëren, omdat het vaak tot dit soort discussies leidt, en je bijna voor een kamp moet kiezen: folk is dit of dat. Ik denk juist dat folk een brug slaat tussen meerdere werelden en dat verschillende muzikanten (amateur, professioneel, etc) er hun plek in kunnen vinden en zich ofwel ergens comfortabel op een plekje nestelen, dan wel rondtrekken en blijven zoeken...

Daarmee hebben we al een klein inkijkje gehad in de Tsjechische muziekcultuur, daarover en over het nieuwe album dat op 27 november verschijnt hebben we het in deel 2, dat je hier kunt lezen..

Er staan 2 release-optredens in Nederland gepland, Loes speelt beide keren een dubbelconcert met Miss Emma James:
Vrijdag 19 november 2021, 19:30 in NME-Centrum InBredius in Woerden (Klik hier voor het Facebookevent)
Zaterdag 20 november 2021, 14:00 uur in Casa Viva La Vida in Lekkerkerk (Klik hier voor het Facebookevent)