-door Mirjam Adriaans, foto's Ronald Rietman-
Onder de noemer Dutch Night presenteerde het Tilburgse Paradox gisteravond een geheel Nederlandstalige folkavond met Roland Verstappen en Tjane. Verstappen schrijft zijn eigen liedjes met een Brabantse tongval, de groep Tjane vindt zijn repertoire in het mooie erfgoed dat ons land rijk is en liet enkele primeurs horen.

Sinds een jaar of wat presenteert Roland Verstappen maandelijks Chapelfolk, een reeks concerten waarbij veelal akoestische muziek voorbij komt. Sinds afgelopen september doet hij dat in Paradox, waar hij normaalgesproken als gastheer met een paar liedjes opent, deze keer is het een officieel dubbelconcert en speelt hij een volledige set. Daarin komen veel nummers aan bod die hij op zijn meest recente cd Echt Verstappen heeft opgenomen, zoals Zeeën Vol Vis, Lament Voor Brabant of het immer humoristische Bejaarden Blues. Hoewel de cd een echte soloplaat is geworden krijgen de akoestische gitaar en mondharmonica van Verstappen nu ondersteuning van Mark Schraven op akoestische of elektrische gitaar en zelfs een enkele keer op een weissenborn. Het levert een mooie wisselwerking op tussen beide muzikanten en een paar frisse arrangementen. Zo krijgt het Straatje van Vermeer (het eerste nummer dat Verstappen ooit schreef, zo vertelt-ie) een verrassend flamenco-achtige uitstraling, waar Sneeuwwitje met wat donkere Rawhide-elementen een countryblueskarakter blijkt te herbergen. Ook blikt Verstappen even terug op zijn jeugd in de Caroluslaan in Helmond, hoe hij tegenover de school woonde en toch altijd te laat was, of hoe zijn moeder  de buurt bestierde, het leverde hem, en bij deze gelegenheid ook het publiek een gevoelige ballade op in Staren Naar De Maan. Zo'n 30-tal bezoekers luisteren met aandacht naar deze pure liedjes. Na afloopt vertelt Verstappen hoe hij begin jaren '90 een hit had met Helemaal Niets en eigenlijk met zijn gitaar live wilde optreden in radioprogramma's, maar dat mocht niet, live spelen dat deed je gewoon niet. Inmiddels begint dit nieuwe liedjesprogramma aardig te lopen en krijgt hij regelmatig uitnodigingen uit het hele land van lokale omroepen, waar ze hem juist graag met zijn instrument zien komen.

Roland Verstappen en Mark Schraven

In de tweede set volgen een paar primeurs. Tjane, dat nog steeds bestaat uit de vaste kern Guy Roelofs (bouzouki, nyckelharpa) en Jenny van Diggelen (fluiten), speelt nu met Jiroh Matulessy (drums) en Arjan van Tricht (Fender Rhodes) en, deze avond voor het eerst, met zangeres Roosje Hendrickx. Zij vervangt Nele Martens die helaas al lange tijd met stemproblemen kampt. Het grootste verschil met haar voorgangster is dat Roosje met een Nederlands accent zingt waar Nele over een Vlaamse tongval beschikt. Met opener Rozenhoedeken laat ze echter gelijk horen dat ze goed in het geluid van de groep past. Haar warmheldere klankkleur doet zelfs denken aan die van Nele, maar ook aan Silvie Moors, die op de cd Mark te horen is. Het tekent vooral de voorkeur van frontman Guy Roelofs, die eigenlijk zo'n beetje alle projecten van de groep bedenkt, lekker eigentijdse arrangementen maakt en soms ook zelf melodieën schrijft voor het repertoire dat vaak uit oude liedboeken en andere traditionele bronnen komt. Zijn jongste onderneming heet BrabantLied, waarvan drie nummers voorbijkomen (nog een primeur): Wolfsklem werd door Harrie Franken in Deurne opgetekend en is een van de weinige folkliedjes waar de wever er eens goed vanaf komt, De Gewonde Ruiter komt uit Breda en heeft het bekende thema van het bezwangerde meisje waarvan het kind vaderloos moet opgroeien en Wiegelied kent zijn oorsprong in Tilburg als ik het goed heb. Bij dat laatste liedje wil de baby maar niet in slaap komen wat moeder ook probeert, misschien had ze de stem van Roosje Hendrickx moeten hebben, die legt in elk geval een overtuigend gevoel in de sussende woorden. De bedoeling van het project is dat er elke maand een nieuw stuk gepubliceerd wordt, met een bijbehorende video. Een cd maken hoeft niet zo nodig, maar de groep wil wel graag met dit repertoire de provincie in, bijvoorbeeld naar heemkundekringen om niet alleen folkliefhebbers, maar ook de 'gewone' Brabander kennis te laten maken met dit erfgoed.

Guy Roelofs en Roosje Hendrickx

Behalve liedjes speelt Tjane ook instrumentalen, en die zijn vaak dansbaar, dat is immers een bekend onderdeel uit de volksmuziek. Speciale vermelding verdient een set scottischen,  waarbij Roelofs zijn bouzouki even inruilt voor een nyckelharpa. De een ter gelegenheid van een jubileum, de ander als eerbetoon aan een van Nederlands folkpioniers, Peter Koene, die eerder dit jaar overleed. Roelofs vertelt dat Koene hem in zijn carrière altijd gesteund heeft, onder meer met het zoeken van mooie oude liedjes of teksten. En aangezien we tegenwoordig allemaal deel moeten uitmaken van een participatiesamenleving moet er ook maar meegezongen worden, "dan krijgen we meer subsidie" grapt Roelofs. Ach, het publiek is welwillend en zo moeilijk is het nou ook weer niet, van Kieremandee-dee-dee, van Kieremandee (Wat doet-e-gijlie zoo laat op straat?). Met een sprankelende herhaling van Rozenhoedeken in de toegift sluit Tjane deze mooie folkavond af.

Het volgende Chapelfolk-concert is op 9 januari 2014, dan is er opnieuw een dubbelprogramma met André van den Boogaart en Amy Speace.