-verslag Assie Aukes, met bijdragen van Hilde Frateur, foto's Karin Zegers-
Met bakken kwam de regen zondagavond uit de lucht en in no time veranderde het opvallend schone festivalterrein in een blubberbende. Toch heb ik op het immense festivalterrein eigenlijk geen onvertogen woord gehoord. Boudewijn de Groot, de nuchtere Hollander sloeg de spijker op de kop. "Hoe meer regen buiten,  hoe meer mensen in de tent. Gezellig! " En daarmee had de Nederlandse topact natuurlijk een ijzersterk punt.

Dranouter trok dit jaar zo'n; 77.500 bezoekers, ruim 2.500 meer dan vorig jaar. In Nederland zou dit aanleiding zijn om een politiemacht op de been brengen om alles in goede banen te leiden. In Dranouter? Ach, politie was er wel, maar bescheiden, vriendelijk en op de achtergrond opererend. Een politieman staat vrijdagmiddag op de dorpplaats gemoedelijk te keuvelen met een stel, toch al redelijk aangeschoten jongelui. De politieman kan smakelijk lachen om de boude uitspraken van het stel. Even later verdwijnen ze weer arm in arm in de richting van De Pelikaan. De politieman zoekt z'n collega op die een eindje verder met enkele oudere dorpbewoners staat te converseren. Even later verdwijnen ze richting In de Wulf, het eerste sterrestaurant van Dranouter. De afvaardiging van de bereden politie laat naast de festivalingang hun paarden rondjes lopen met kinderen op hun rug alsof de kids op ponykamp zijn... Tja, het is duidelijk: we zijn weer in Dranouter!

Muzikaal is het festival verder uit elkaar getrokken dan ooit. Nimmer was het contrast zo groot als dit jaar. Verfijnde akoestische Vlaamse folk van Limbrant versus de bezwerende oergeluiden van Woven Hand-voorman David Eugene Edwards, de zouteloze confexie-pop van Isabella A versus de weemoedige klanken van feniks Zjef Vanuytsel. Niet onvermeld mag blijven dat de echte folkliefhebber dit jaar terug de Kayam in kon trekken. Met een beetje inlevingsvermogen kon de folky bezoeker met het programma van zondag zelfs de gehele zondag in de grootste festivaltent vertoeven.

Eva De Roovere was de eerste die we konden beluisteren. Vanaf het terrein hoorden we haar de Nederlanders al bedanken voor het succes van Fantastig toch. Ze stond er stralend op met haar begeleidingsgroep met als primeur Trui Chielens op achtergrondvocalen. Ik was benieuwd hoe de ‘kleine' liedjes het zouden toen in de grote Kayam, maar dit ging wonderwel goed. Hoogtepunten waren o.a. Mijn ogen toe, een bewerking van Close my eyes van Shivaree, Emma en vooral Zoals in dat ene liedje waarin Eva haar machtige stem volop in de strijd werpt. Bij de Franse groep La Casa kabbelt het concert gemoedelijk voort, totdat de trompettist het op zijn heupen krijgt en de band omtovert tot een hoogst originele Mariachi-band. Helaas gebeurde dat in Dranouter iets te weinig om van een geslaagd concert te kunnen spreken.

Värttinä was de vorige keer op Dranouter niet echt in goeden doen en leek zich te willen revancheren. De groep rond Mari Kaasinen gaf een prima concert. Aanstekelijk zangwerk in Lo Daï en zoals altijd uitstekend instrumentaal werk, al moeten de begeleiders niet uit het oog/oor verliezen dat ze in dienst van een lied spelen en de zaak niet te moeilijk maken. De flauwe drumsolo haalde de vaart uit het concert en had sowieso wel achterwege mogen blijven. Leuk dat de band eindigde met de oude klassieker Seelinnikoi.

Tori Amos kon mij in 2005 met het album The beekeeper bekoren, maar voor American doll posse van vorig jaar kon ik minder enthousiasme opbrengen. Zo vond ik het concert in Dranouter ook wisselend. Met Crucify van haar klassieke debuut cd Little Earthquackes begon ze het concert vrij luchtig, maar op haar donkerste momenten klonk ze als een soort Patti Smith achter de klavieren. Haar overdreven pose op het podium, voortdurend wijdbeens switchen tussen klavieren en vleugel, zag er op het laatsteigenlijk wat meelijwekkend uit.
tori amosZaterdag begon Dranouter laat voor mij. De streek rond Ieper blijft lokken. Zo wilde ik in ieder geval het nieuwe bezoekerscentrum op het Tyne Cot Cemetery in Passendale en ook gedichtendorp Watou dat in het teken van Hugo Claus staat bezoeken.
Zo was het al over vieren toen ik het festivalterrein opstapte. Het optreden van Ballroomquartet heb ik bijna geheel gemist. Dit zal me volgende week op Folkwoods niet overkomen, want deze virtuoze band is het beluisteren meer dan waard. Gelukkig was Hilde Frateur ter plekke én genegen haar ervaringen door te mailen:

Velen deelden het geluk om Ballroomquartet aan het werk te zien. Zoals hun schitterende laatste cd " Soundmanifest" (2007) al deed verraden, hebben we te maken met virtuoze muzikanten, die een excentrieke combinatie weten te maken van klassieke en traditionele instrumenten met elektronica. Zeer gevoelig op elkaar afgestemde muziek met energieke
solo's van viool, mandoline ( Andries Boone), accordeon (Rony Deprins).... Hun stemmen klinken op een ongewone Ballroomwijze, de mimiek en bijna choreografische houding van de band zorgden voor een muisstille volle tent. Bij het bloedmooie "8 minutes with Walter", voorlaatste nummer was hét uitgesproken moment van kippenvel. Wie de cd al beluisterde wordt steeds opnieuw verrast door dit live-optreden en kan de volle kalender van Ballroomquartet best in 't oog houden (o.a. Folkwoods 10/08/08 om 20u)


Het optreden van de herrezen Zjef Vanuytsel was al begonnen en zo miste ik een van zijn mooiste nummers De zotte morgen, het titelnummer van zijn eerste plaat die rond 1970 al uitkwam. Gelukkig voor mij zou hij nog zeker een pareltje van dat album doen: Ik weet wel mijn lief. De bomvolle tent sloot de troubadour die zoveel jaren in anonimiteit had doorgebracht in haar armen en gaf de zichtbaar ontroerde zanger al tijdens het optreden een staande ovatie na het prachtige Van Antwerpen naar Rotterdam. Daarna was het hek van de dam en nam de sympathieke zanger alle tijd om zijn fantastische optreden af te ronden.

Woven Hand, de groep rond David Eugene Edwards grossiert in onheilspellende klanken, waarin het prachtige slidegitaarspel van voorgenoemde Edwards een belangrijke rol speelt. Interessant om de hel en verdoemenis predikende Edwards aan het werk te zien, maar verder dan interessant wil ik niet gaan. Daarvoor zat er te weinig variatie in het concert en was er te weinig wisselwerking met het publiek.
Daar had Suzanne Vega geen last van, zij babbelde ontspannen met het publiek, dat vooral voor haar oude nummers kwam. Jammer want ook haar recenter werk is de moeite waard. Vega had twee muzikanten meegenomen, een uitstekende bassist en een mindere drummer. Deze was gelukkig vertrokken toen Vega een sublieme uitvoering gaf van The Queen and the soldier, de lange ballade van haar titelloze debuut uit 1985. Natuurlijk ontkwam ze niet aan haar grote successen Marlene onthe wall, Tom's dinner, Solitude standing en Luka. Iets wat voor een artiest wiens gloriejaren al geruime tijd achter haar liggen onontkoombaar is. Toch jammer, want ook haar recenter werk kent goede songs.

suzanne vegaUiscedwr verraste al een op een Trad It!-festival in Groningen. Met een nieuwe gitarist lukte dit op Dranouter niet helemaal. De Flamundo-tent was nog een maatje te groot voor deze, zeer zeker talentvolle en energieke band die de traditionele Keltische muziek nog iets meer naar eigen hand moet zetten. Dat gaat misschien komen als oude rot Karen Tweed de groep gaat versterken, zo vertrouwde violiste Anna Esslemont me na afloop van het concert toe. Het clubcircuit zou deze band in de gaten moeten houden, lijkt mij.

Tim Vanhamel speelt simpelweg rock, niet meer, niet minder. Tien jaar geleden zou dit nog discussies op Dranouter geven, nu niet meer. Grappig is wel dat Tim als kind al op Dranouter kwam als zoon van Fons Van Hamel, bekend van - in Dranouterkringen - legendarische bands als From Us to You en De Stoopkes. Tim's ster in België is rijzende en de puntige songs werden door het jonge publiek zeer gewaardeerd.
's Nachts besloten The Men They Couldn't Hang het zaterdagprogramma in de Palace. Deze Britse band bestaat al zo'n 25 jaar en trad eerder op in Dranouter tijdens hun glorietijd in de jaren '80, om precies te zijn op het ‘modderfestiva'l van 1987. In die tijd was de band, met The Pogues, de vaandeldragers van de punkfolk en gezien het optreden in de Palace is daar weinig aan veranderd. Nog steeds dezelfde energieke puntige songs met fraai samenzang, een van de kenmerken van de band. De Palace barstte uit haar voegen toen de band Rosettes van het fraaie album Silver town uit 1989 inzette. Toch durfde de band het tempo terug te draaien met een ingetogen Schotse traditioneel die zanger-gitarist Swill alleen vertolkte. Al met al een prettig weerzien met deze sympathieke band, al bleek ook bij de band wel duidelijk dat de hoogtijdagen alweer een tijdje achter ons liggen.

Het is een goede traditie geworden om op zondagmiddag het programma op het hoofdpodium te openen met een Belgische band. Kreeg vorig jaar Dazibao de eer, nu was de beurt aan Tref, het trekharmonicatrio bestaande uit Didier Laloy, Wim Clays en Bruno Le Tron, aangevuld met percussionist Frédéric Malempré. Het is altijd een belevenis om dit trio bezig te zien. Met z'n drieën bewijzen ze dat de trekharmonica een volwaardig instrument is waarop op uiteenlopende manieren gespeeld kan worden. Geen moment verveeld bij dit concert. Daarvoor had al een Vlaamse band het programma in de Flamundo geopend. Limbrant speelt Vlaamse volksmuziek en de polka's, mazurka's en hoe al die instrumentaaltjes ook mogen heten klinken als klaterend water uit de beek. Wat een finesse, wat een verfijning en wat een muzikaliteit! Een lust voor het oor dat weer een beetje bijkomt van het geweld van The Men They Couldn't Hang.

Het Schotse LAU had al van zich laten horen via een interessant debuutschijfje Lightweights & gentlemen uit 2007. Op Dranouter bewijst dit talentvolle trio dat het bij de top van de Keltische scène behoort. LAU overstijgt het genre op innovatieve wijze en kleedt de Keltische muziek meer melodisch dan ritmisch in. Accordeonist Martin Green gaat als een bezetene op zijn instrument tekeer. Start de groep vanuit een Ierse jig, halverwege lijkt een An Dro ingezet te worden, maar nee hoor, daar barst de band weer los in een kakofonie van geluiden. Eigengereidheid speelt de boventoon bij LAU en daar heeft de wat induttende Keltische scène dringend behoefte aan.

Laïs beviel mij goed op Dranouter. De nieuwe lijnen die werden ingezet op het album The ladies Second Song kregen op het podium een logisch vervolg. Mooi gitaarwerk en nog steeds fenomeenabele vocalen. Zelfs 't Smidje klinkt weer fris in een nieuw arrangement, Dit maal kwam de folky touch van doedelzakspeler Stefan Timmermans, die enkele malen als gast aantrad. Annelies Brosens leek op het podium de regie in handen te hebben en oogde ontspannen en alert. Jorunn Bauweraerts maakte een wat vermoeide indruk maar dat is haar natuurlijk vergeven na de enerverende weken die zij achter de rug heeft.
Billy Bragg heb ik aan me voorbij laten gaan omdat ik in de VIP-tent op interessante wijze college kreeg van historicus Pieter Boussemaere (Sois Belle) over de Vlaams-Waalse kwestie vanaf 1830. De kwinkslagen tussendoor van Johan Decancq (Follia!) en Dirk Verhegge (Kadril) maakten dit tot een smeuïg betoog...

Hilde Frateur was ondertussen naar de Flamundo geweest om The Tribe Band te beluisteren. Hier zijn haar bevindingen:
The Tribe Band ( met o.a. Pieter Thys ( gitaren), Bert Bernaerts ( bas en trompet) en Geert Marien ( drums) is een formatie die groeide uit Troissoeur, die reeds in 2006 op het grote podium van Dranouter stond. Een zeer verrassende opener met de schitterende stem van Edwin Vanvinckenroye (zang, viool, gitaar...) liet niemand onberoerd. Het concert maakte iedereen nieuwsgierig naar de nieuwe cd die deze schitterende muzikanten dit jaar nog uitbrengen.

Boudewijn de Groot startte solo en laat langzamerhand zijn hele begeleidingsband opdraven. In een Belgische krant stond in een interview met Boudewijn te lezen dat hij een kleinere bezetting zou meenemen, maar daarvan was geen sprake. Een mooie bloemlezing uit zijn oeuvre was ons deel. De zwemmer kreeg veel bijval van het Vlaamse publiek, verrassend in tegenstelling tot Avond wat in België niet de populariteit heeft die dit nummer in Nederland heeft. Ondanks de technische tekortkomingen groeide dit concert uit tot de topper van het festival. Zelden zag ik zo'n ontspannen De Groot toen Ernst Jansz op wasbord en Monique Lansdorp op viool samen de bomvolle Kayam lieten ontploffen. Zo te zien heeft de sabbatical Boudewijn geen windeieren gelegd.

boudewijn de grootLoreena McKennitt kwam haar laatste cd/dvd in Europa promoten en sloot haar tour in Dranouter af. Nu is haar laatste album een live-album Nights from the Alhambra met daarop een dwarsdoorsnee van haar totale oeuvre, dus heel verrassend was het concert niet. Loreena nam een zeer goed ingespeelde band mee met daarin natuurlijk oudgedienden als bandleider /gitarist Brian Hughes, violist Hugh Marsh en celliste Caroline Lavelle. Draailierspeler Nigel Eaton, vele jaren van de partij, was vervangen door Ben Grossman. Een (te korte) doorsnee van het live-album met publieksfavorieten als The bonny Swans en All souls night werd het publiek voorgeschoteld en op de uitvoeringen was weinig af te dingen. Toch had ik iets meer spektakel en verrassingen verwacht, maar ik weet niet of McKennitt daar het type voor is.

We waren ervan overtuigd dat Mala Vita een Italiaanse band was en daarom schuifelden we door de modder richting Palace om het allerlaatste concert van deze 34ste Dranouter Folkfestival mee te maken. Mala Vita komt echter uit Nederland, uit de buurt van Gouda en den Haag, maar dat doet niets af aan de kwaliteiten van dit zestal. De band put uit de tradities van de Balkan, overgiet de Italiaanse teksten met expressieve ritmes maar vertoont vooral een eigen gezicht. Wat een enthousiast stel is dat Mala Vita! Keihard werkend slaagde de band er in no time in om de Palace om zijn kop te zetten.

Dranouter 2008 eindigde met een forse portie modder, maar geen hond die daar om maalde. tevreden konden we huiswaarts keren. Volgend jaar maar weer, maar dan neem ik wel oordopjes mee!